Ruim vijftien minuten blessuretijd in totaal. PSV’ers vonden het zondag wat royaal van scheidsrechter Danny Makkelie en zijn team, terwijl het duel voor Feyenoorders niet lang genoeg kon duren.
Logisch, want PSV wilde een overwinning over de streep trekken, terwijl Feyenoord de gelegenheid kreeg om terug te komen tot 2-2 en nog meer bloed rook.
Met een pen en stopwatch in de hand zijn we gaan turven om te kijken hoe de beslissing van de arbitrage tot stand is gekomen en wie het meeste recht van spreken heeft.
VAR en vierde official
Het is daarbij belangrijk om eerst de werkwijze van de KNVB-scheidsrechters scherp te hebben. De VAR en de vierde official houden nauwkeurig bij hoe vaak een wedstrijd stilligt en in samenspraak met de scheidsrechter wordt dan het aantal extra minuten bepaald.
Er zijn daarnaast bepaalde richtlijnen. Zo wordt voor elke wissel ongeveer dertig seconden bijgetrokken. Dus vier wissels op één moment zouden dan twee minuten extra tijd op moeten leveren.
Richtlijnen zijn er natuurlijk om van af te wijken. Navraag bij de KNVB leert ons dat er per situatie getaxeerd wordt. Als er meerdere spelers tegelijkertijd gewisseld worden, zal de bijgetrokken tijd per wissel bijvoorbeeld lager zijn dan die dertig seconden.
Ook wordt er gekeken naar bijvoorbeeld kaarten, blessures, opstootjes, VAR-momenten, tijdrekken en gejuich na doelpunten. De wedstrijd van dit weekend had alles in zich.
De drie goals voor het begin van de blessuretijd, negen wissels, het VAR-moment na de rode kaart van PSV’er Armando Obispo en een opstootje maakten de keuze van Makkelie en zijn corps te rechtvaardigen.
Check de video om te zien welke momenten in de tweede helft optelden tot de negen minuten blessuretijd:
Uit de data van statistiekbureau Stats Perform komt wel naar voren dat de wedstrijd tussen PSV en Feyenoord relatief lang was. Het duel duurde in totaal 105 minuten en 18 seconden en was daarmee de op een na langste wedstrijd van het seizoen. Alleen AZ-Ajax duurde dit eredivisieseizoen langer (106 minuten en 15 seconden).
De lange eerste helft (51.03) bij de wedstrijd van zondag speelde daarbij een grote rol. Door de eerdergenoemde blessures zorgden die extra zes minuten niet voor gefronste wenkbrauwen. De negen extra minuten in de tweede helft deden dit wel.
Ook de tweede helft duurde relatief lang (54.16 minuten), maar was geen uitschieter. Dit seizoen duurden zes tweede helften langer. Hieruit valt op te maken dat de wedstrijd geen uitzondering op de regel was.
Dit bevestigt de KNVB. Ook geeft de bond aan dat er na het WK niet met extra blessuretijd gestrooid wordt. De lijn die gehanteerd werd op het WK, is de laatste jaren al de leidraad in de eredivisie.
De PSV’ers die klagen staan wel een beetje in hun recht. Er werd in de tweede helft 31 minuten en 20 seconden daadwerkelijk gevoetbald. De zuivere speeltijd was in de tweede helft dus 57,7 procent, terwijl dit percentage bij een gemiddelde eredivisiewedstrijd op 56,8 ligt,
Op basis hiervan was acht minuten extra tijd in plaats van negen gerechtvaardigd geweest. Ter geruststelling: ook met een minuutje minder was het 2-2 geworden.
Bron: nos.nl